Alternatieve beleggingsfondsen - AIF

Alternatieve beleggingsfondsen (AIF’s) zijn een speciaal soort beleggingsfonds, waaronder closed-end vastgoedfondsen.

Opdat een fonds als een alternatief beleggingsfonds kan worden beschouwd, hoeft het niet aan andere specifieke criteria te voldoen dan dat het niet voldoet aan die van conventionele fondsen. Dit betekent dat het geen instelling voor collectieve belegging in effecten (icbe’s) is.

Instelling voor collectieve belegging in effecten

Alleen een fonds dat aan de ICBE-richtlijnen voldoet, wordt als een dergelijk fonds beschouwd. Deze richtlijn, die in 2008 door de EU is hervormd, omvat de soorten effecten en deelnemingsrechten die zijn toegestaan. Bovendien zijn de onder de richtlijn vallende fondsen verplicht verkoop prospectussen te publiceren waarin hun aanbod wordt beschreven en jaarlijks ten minste drie verslagen te publiceren (twee halfjaarlijkse verslagen, één jaarverslag). Bovendien is voor een instelling voor collectieve belegging in effecten een vergunning van de bevoegde financiële toezichthoudende autoriteit vereist, bijvoorbeeld in Duitsland de Bundesanstalt für Finanzdienstleistungen (BaFin). De EU-wijde standaardisatie maakt het voor het fonds gemakkelijker om internationaal zaken te doen. Dit komt omdat het fonds, als het eenmaal in een van de lidstaten een vergunning heeft gekregen, overal in de Europese Unie kan worden aangeboden.

Alternatieve beleggingsfondsen - voorbeelden

Er zijn een groot aantal verschillende AIF’s. Het zijn meestal closed-end fondsen die slechts openstaan voor een bepaald aantal investeerders en vaak slechts één project nastreven.

Gesloten vastgoedfondsen

Een closed-end vastgoedfonds is het beste voorbeeld van alternatieve beleggingsfondsen: beleggers kopen een vastgoed belang in een project, zoals de bouw van een woning. Op het moment dat het fonds van start gaat, is de bouw vaak nog niet eens begonnen. Het begint dan tijdens de inzameling van het kapitaal van de investeerders, die wordt aangevuld met leningen. Wanneer het onroerend goed is voltooid, wordt het verkocht en wordt de opbrengst onder de aandeelhouders verdeeld in overeenstemming met de omvang van hun investering. Dergelijke fondsen brengen risico’s met zich mee, aangezien de resulterende aandelen moeilijk te verkopen zijn en er geen diversificatie mogelijk is, aangezien het kapitaal in een closed-end fonds op één enkel project is geconcentreerd. Als de verkoop van de aandelen niet volgens plan verloopt, kunnen er vertragingen optreden, die fatale gevolgen kunnen hebben, aangezien de leningen op korte termijn mogelijk moeten worden afgelost.

Luchtvaartfonds

Het principe van de vliegtuig fondsen lijkt sterk op dat van de gesloten vastgoedfondsen: het aantal beleggers is beperkt en de emittent neemt de deelnemingsrechten niet terug. Het is echter vrij ongebruikelijk dat vliegtuig gelden direct na voltooiing van het vliegtuig worden verkocht. In plaats daarvan wordt hier een rendement behaald door het voltooide vliegtuig commercieel te gebruiken. In de meeste gevallen wordt het geleased door luchtvaartmaatschappijen. In het geval van closed-end vliegtuig fondsen wordt het vliegtuig na een gebruiksperiode van vijf, tien of vijftien jaar permanent verkocht.

Micro Financiering Fondsen

Microfinancieringsfondsen kunnen, net als milieufondsen, om verschillende redenen worden geïnvesteerd. Aan de ene kant zijn er degenen die zijn opgezet voor de belangen van het ontwikkelingsbeleid om de economie in een bepaald land te stimuleren, bijvoorbeeld. Aan de andere kant zijn er ook nog andere die zijn opg, private equity of durfkapitaalfondsen, hedgefondsen en grondstoffenfondsen tot de categorie alternatieve beleggingsfondsen.

BAB - Richtlijn inzake het beheer van AB’s

Aangezien alternatieve beleggingsfondsen niet zijn onderworpen aan regelgeving door de belastingautoriteiten, heeft het Europees Parlement in 2010 richtsnoeren aangenomen voor beheerders van dergelijke alternatieve beleggingsfondsen. Vóór 2013 heeft de Beleggingswet de behandeling van closed-end fondsen gereguleerd en sinds 22 juli 2013 vervult de Duitse Wet op de beleggingsmaatschappijen (KAGB) deze taak. Sinds de inwerkingtreding van de AIFM-richtlijnen in de Europese Unie zijn de beheerders, d.w.z. de vertegenwoordigers van de respectieve kapitaal beheermaatschappij, in de Europese Unie aan veel strengere regels onderworpen uit puur commerciële belangen. En ten slotte zijn er natuurlijk die waar beide benaderingen vertegenwoordigd zijn. Microfinancieringsfondsen investeren in microkredietinstellingen die, zoals de naam al aangeeft, microkrediet verstrekken. Deze zijn meestal voor een equivalent van minder dan 100 dollar. Het fonds kan op verschillende manieren in de microfinancieringsinstellingen investeren, hetzij door hen op hun beurt leningen te verstrekken, hetzij door het kapitaal rechtstreeks te beleggen en zo ook uitzicht te hebben op winstdeling.

Naast de bovengenoemde beleggingsfondsen behoren ook energiefondsen, mezzaninefondsenen zij, net als de directeur van een naamloze vennootschap, in bepaalde gevallen aansprakelijk worden gesteld. Het doel van de regelgeving was om de beleggers beter te beschermen en de zogenaamde “grijze kapitaalmarkt”, d.w.z. de legale maar ongereguleerde markt, beter te reguleren.